Benyamin Jacoby is een Joodse jongen die met zijn gezin in Mechelen woont. Wanneer de oorlog in mei 1940 uitbreekt, krijgen de Joden het steeds harder te verduren. Het gezin vlucht, maar wordt verraden en opgepakt en naar het concentratiekamp Auschwitz overgebracht.
Een man zit op zijn vaste plek in het park en valt in slaap. Als hij wakker wordt, lijkt alles anders en heeft hij geen zin om naar huis te gaan. Hij besluit een onbekende weg in te slaan. Hij brengt de nacht door in een hotel en neemt daarna de trein naar de zee.
Terwijl Jarne en Natham op sneeuwklas zitten, pleegt op het thuisfront de extremistische Partij voor Natie en Orde een staatsgreep met de steun van het leger.
Na de zelfgekozen dood van zijn zus Minthe zoekt Othello vertwijfeld naar antwoorden. Minthe wilde 'vrij zijn'. Wanneer dat niet mogelijk blijkt, verkiest ze de dood, 'de ultieme vrijheid'. Othello wil Minthes zoektocht afronden om 'vrijheid te vinden in iets anders dan de dood'.
De school van Vianne staat in rep en roer wanneer Sander en Lotte, die samen een koppel vormen, plots verdwijnen. Niemand weet waar ze zijn, of waarom ze hebben besloten ervandoor te gaan. Of is er iets erger gebeurd? De verdwijning laat Vianne niet meer los.
Aza Holmes kampt al jarenlang met enorme angsten en dwanggedachten. Wanneer ze verneemt dat de politie maar liefst honderdduizend dollar uitlooft voor een tip over de voortvluchtige miljardair Russel Pickett, besluit ze samen met haar boezemvriendin Daisy op zoek te gaan.
De zestienjarige Starr Carter groeit op in een armoedige zwarte buurt: schietpartijen zijn eerder regel dan uitzondering. Het staat in schril contrast met haar dure witte school, waar Starr niet als 'getto' wil overkomen.
Aristoteles worstelt met veel vragen over zichzelf en over zijn familie tijdens de zomer waarin hij Dante leert kennen. Op het eerste zich hebben ze weinig met elkaar gemeen, maar vanaf de eerste dag zijn ze onafscheidelijk.
Wanneer Jackson Paige vermoord wordt, lijkt de schuldige meteen bekend. De 16-jarige Martha bekent meteen. Ze verdwijnt in één van de zeven cellen. Rechters, advocaten en een jury komen er niet langer aan te pas.
Kleine Wolf neemt Grote Wolf op sleeptouw door het bos. Hij heeft nogal wat overtuigingskracht nodig want Grote Wolf ziet, hoort, voelt en ruikt overal gevaar! Als ze eindelijk midden in he bos zijn aanbeland, slaat Grote Wolf plots op de vlucht. En dan volgt er een bijzondere ontmoeting...
Op een nacht komt een meisje in het circus terecht, waar ze zomaar mee kan doen aan de spannendste acts. Er staat niet één woord in dit boek. Aan de grote, zwierige prenten heb je meer dan genoeg om je samen met het meisje helemaal in het circus te wanen.
Sneeuwwitje breit op verzoek van haar bejaarde buurvrouw Dora een monster om onder haar bed te leggen. Dan is daar geen plaats meer voor het akelige zwart. Maar wat blijkt als het roze gedrocht af is en het tijd wordt om te gaan slapen? Ook het monster is bang voor het zwart!
Dit boek begint met een afbeelding van een doodgewoon stukje stad met een kerk, wassalon, fietsenmaker, restaurantje, fabriek, kraan en een paar huizen.
Deze bundel staat vol vrolijke versjes over vragen en gevoelens van kinderen. Ze gaan over boze zonnetjes in huis, kruimeltjes verdriet, een verdrietige papa op schoot willen nemen... Bij elk versje zie je een ander dier of een dierenfamilie, die de speelse gedichten nog meer kleur geven.
Niets krijgt Walter wakker, wat zijn ouders ook proberen. Geen enkel toverdrankje en geen enkel trucje helpt. In dit grote prentenboek volg je de steeds wanhopigere (en geestigere) ideeën van Walters ouders, tot de oplossing binnenwandelt.
Wie kan beter vertellen over het leven van een Leesjury-lid dan de juryleden zelf? We gingen langs bij Naama Mojahed. Naama leest mee met de Leesjury in Vilvoorde.
Varken Bobbi woont bij mevrouw en meneer Bolhuis. Bobbi is dol op geroosterd brood met veel boter en bang van het donker in haar kamer. Op een avond heeft ze de oplossing gevonden: ze kruipt gewoon lekker bij mevrouw en meneer Bolhuis in bed.
In de vroege jaren 80 van de vorige eeuw was Jet Marchau één van de oprichters van de Kinder- en Jeugdjury, nu de Leesjury. Matthias M.R. Declercq praat met haar over de Leesjury en over wat boeken en lezen voor haar betekenen.
Schilder René ligt 's nachts wakker omdat hij niet weet wat hij moet schilderen. Zijn hoofd zit vol maar zijn doek blijft leeg. Als hij toch in slaap kan vallen, schildert hij in zijn dromen de wonderlijkste dingen alsof ze heel gewoon zijn: een appelhoed of een breil.
De geboorte van een kleintje is een wonder en brengt veel vragen met zich mee. Waar komt hij vandaag bijvoorbeeld. Dit boek is een soort handleiding omdat mysterie vol leven beter te leren kennen.
Het leesjaar van de Leesjury zit erop, de prijzen zijn uitgereikt. Rest nog het leukste deel: de winnaars vieren! De jongste leesgroepen doen dat op tientallen lokale feesten. Voor de oudere groepen (12-18 jaar) organiseerde Iedereen Leest een slotmoment tijdens Druk in Leuven.
Een muisje roept de hulp in van een krokodil omdat ze door een slang wordt achtervolgd. Grommend jaagt de krokodil de slang weer weg. Dan komt er een zwijn aan, achternagezeten door een hyena. Het zwijntje schuilt samen met de muis op de rug van de krokodil, die de hyena verjaagt.
Miep heeft voeten die kriebelen en altijd willen dansen. Daar is niet iedereen mee gediend. Soms verwensen anderen haar zelfs naar de maan. Dat is een geweldig idee, vindt Miep. Maar wat ze ook probeert, de maan is zo ver weg... Ze is ten einde raad en barst in schreeuwen en huilen uit.
Op een koude winterdag vindt Annabel een kistje met gekleurde wol. Ze neemt het mee naar huis en breit een trui voor zichzelf, voor haar hondje Mars, en nog is de wol niet op! Annabel breit truien voor alles en iedereen en stilaan verandert het grijze dorpje in een kleurrijk geheel.
Pinguïn gaat op reis met een koffer, een lantaarn en een groot geheim: hij is verliefd op beer. Opgewonden en bang tegelijk vaart hij naar de andere kant van de wereld, want wat als beer geen stormende buik en tintelende tenen heeft?
De titel van dit boek vat heel goed samen waar dit verhaal over gaat: koeien bouwen een toren van koeien. De koeien zijn daarbij behoorlijk inventief: ladders, touwen, heftrucks, luchtballonnen, vliegtuigen, zelfs raketten worden gebruikt om uiteindelijk een toren te krijgen tot in de ruimte.
Herman het hangbuikzwijn voelt zich niet zo lekker. Hij weet niet wat er scheelt. Zijn vrienden proberen hem op te beuren: "Kop op, Herman!", zeggen ze. Herman probeert: hij gaat mee rollebollen in de wei, knabbelen aan het hooi, luisteren naar het lied van de kraaien, maar het lukt niet.
Wat ik allemaal ga doen als ik groot ben? Dan durf ik vast alles. Misschien wel drie keer rond de wereld fietsen, zonder handen. Of spelen met het monster en de draak onder mijn bed. In dit grote prentenboek op rijm mijmert het hoofdpersonage een eind weg en maakt het wilde plannen.